Cultuurhistorisch tijdschrift Oer

Het kwartaaltijdschrift Oer is een gezamenlijke uitgave van het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, Erfgoedcentrum Zutphen, Waterschap Rijn en IJssel en Achterhoek Uitgevers.

 

Losse nummers kosten € 6,95 en zijn op de studiezaal van het Erfgoedcentrum, in de leeszalen van de centra, in de boekhandel en via www.achterhoekseboeken.nl te koop. U kunt ook een abonnement nemen: € 24,50 voor 4 nummers per jaar. Kijk voor meer informatie op www.achterhoekuitgevers.nl.

 

Donateurs van het Erfgoedcentrum ontvangen Oer gratis. Lees hier meer informatie over het donateurschap.

 

banner

 

 

Oer 54 (uitgave december 2024)

Deze editie staat bol van het ‘boekennieuws’. In de eerste plaats laat Anita Kamperman in de rubriek Boekenniejs steevast vijf titels de revue passeren. In de rubriek Prikbord wordt kort aandacht besteed aan het nieuwe stripboek én magazine over de Slag om Grolle. Daarnaast volgt een korte beschrijving van het nieuwe Jaarboek van ECAL. In beeld staat deze keer volledig in het teken van mannenkoren in de Achterhoek en Liemers. Dirigent Esther Gotink-van der Heijden schreef hier een boek over. Foto’s uit de uitgave zijn opgenomen in deze rubriek. Bennie Eenink uit Halle schreef eerder een boek over de geschiedenis van zijn dorp. Hij verhaalt in zijn artikel over de prominente rol die de molen daarin speelde. Peter Bresser en Willems Willemsen vertellen uitgebreid over hun lijvige uitgave over de geschiedenis van Terborg. Op basis van onderzoek van geschreven bronnen alsmede kaarten zijn zij tot nieuwe inzichten gekomen.


Onderzoek is ook wat Joost Dijksman uit Almen graag wil, namelijk naar de crypte die zich in de dorpskerk bevindt. Hij vertelt zijn verhaal aan Sander Grootendorst. Hedwig Berendsen-Hooman laat tante Doortje uit Velswijk aan het woord over haar bewogen familieleven, Mirjam van Velzen-Barendsen beschrijft een moord in Netterden, Constant Willems maakte een reconstructie van het superkanon de Grote Busse die de stad Zutphen ooit heeft aangeschaft en Wouter Derksen richt zich in zijn artikel op een vijftal IJsselkunstenaars. Tot slot levert Eddy Geurtsen uut Hengel een mooie bijdrage in het dialect over ’t peerd en maakte Marcel Kuster op basis van een kaart van Nicolaes van Geelkercken een reconstructie, waardoor een duidelijk beeld ontstaat van de Achterhoek in de 17e eeuw.

 

 

banner

 

Oer 53 (uitgave oktober 2024)

Deze editie start met het verhaal over Frederik Andreas (Frits) Kunst. De vader van Frits start eind negentiende eeuw een leerbewerkingsbedrijf in Terborg. Frits treedt in zijn vaders voetsporen als hij in 1922 in de oude smederij in de Hooge Molenstraat in Doetinchem start met de fabricage van lederwaren. In hetzelfde jaar opent hij een lederwarenwinkel in de Boliestraat. Rond diezelfde tijd zien Mozes de Wolff en de vader en zoon Salli en Salomon Gokkes in Doetinchem en Carel Engelbert Julius Röntgen in Zutphen, door de afschaffing van accijns op deze inlandse vruchtenwijnen, volop mogelijkheden om cider te verkopen in Nederland. Gerard Olthof, onderwijzer van beroep, komt via een wonderlijke weg terecht in de productie en handel van celluloseproducten (wasbenzine, thinner, vernissen). Ondernemer Johan Adolfs bedenkt in de jaren vijftig de dorpsfilm. Hij trekt met een filmploeg door het land om een sfeerimpressie te maken van het leven in verschillende dorpen. Hij hanteert hiervoor een beproefd recept: een rondrit door het dorp, waarbij de camerabus met luidsprekers de inwoners naar buiten lokt. Boudewijn Bleekman spoorde voor Omroep Gelderland tal van films op uit de Achterhoek en Liemers waarbij we inmiddels zijn aanbeland bij aflevering 100.

 


Verder terug in de tijd, al vanaf de middeleeuwen, vormde de Berkel een belangrijke handelsroute voor met name Zutphen. Verschillende Berkelcompagnieën probeerden de rivier bevaarbaar te houden. In het midden van de 18e eeuw werd in dat kader de rivier in kaart gebracht. Het resultaat is twee meterslange kaarten waarop de Berkel tot in detail is weergegeven. Op basis hiervan werden verbeterplannen gemaakt die lang in de la bleven liggen. Zo lang dat de scheepvaart dusdanig haar betekenis verloor en van de plannen niets meer terechtkwam.

 


In deze editie van Oer staat verder het tweede deel over de nieuwsprenten van de inname van Maurits in 1591 van Zutphen door Anne de Jong, schetst Wilke Schram de geschiedenis van De Mars eveneens in Zutphen, duikt Wouter Derksen in het oeuvre van de Steenderense kunstschilder Tineke Roorda en blikt Mirjam van Velzen met enkele oud-leerlingen terug op hun tijd op de Nijverheidsschool in Lochem. Tot slot interviewde Sander Grootendorst Bert Scheuter uit Varsseveld, de net 70 geworden columnist (van de Gelderlander) en dichter.

 

 

 

banner

 

 

Oer 52 (uitgave juni 2024)

In deze editie beschrijft Karel Berkhuysen aan de hand van foto’s van Jan Massink het leven gedurende de oorlog in Doetinchem. Sabine Nijland presenteerde dit voorjaar een boek over haar familie in de jaren 30, tijdens de oorlog en gedurende de wederopbouw in Megchelen. We weten allemaal dat via het dorp de geallieerden onze Achterhoek hebben bevrijd, maar dat ging wel gepaard met veel geweld. In het openingsinterview vertelt Frederiek Jeletich-Visser over haar boek over de Joodse schilder Max van Dam. Een indrukwekkend verhaal. 

 

Maar deze editie van Oer biedt nog veel meer: August Hans den Boef verdiept zich in de roman Het overspelige gras van Louis Ferron, die zich voor het verhaal liet inspireren door landgoed Engbergen in Hummelo in de vorige eeuw. Wim van Heugten beschrijft het leven van de Liemerse kunstschilder Piet Leijsing en Henk Meinen zoomt in op de kunstzinnige levens van vader en zoon Knaake uit Zelhem. Leendert van Prooije verrichtte lange tijd onderzoek naar de tollen van de Oostgelderse rivieren en geeft een fraaie samenvatting van zijn bevindingen. Wilke Schram richt zich in zijn verhaal op de visserij in en om Zutphen en Freek Grotenhuis dook in de geschiedenis van de Bollestuw in de Schipbeek bij Bathmen.

 

 

banner

 

Oer 51 (uitgave maart 2024)

In de rubriek Kortom wordt ruimschoots aandacht besteed aan het plan van de Ridders van Gelre voor een Gelders Museum. Want zo zijn de ‘adellijke heren’ van mening: “De Gelderse geschiedenis verschilt op veel punten van de klassieke ‘vaderlandse geschiedenis’, die vaak het perspectief van Holland kiest. Het wordt tijd voor een museum met een Gelders perspectief. De locatie voor dit nieuwe museum? Zutphen! Want: Hier liggen de wortels van de twee graafschappen waaruit de provincie is ontstaan.

Dit haakt overigens mooi aan bij het pleidooi van Wouter Derksen voor een Achterhoeks kunstmuseum. Derksen, een groot kenner en liefhebber van regionale kunst, pleit aan de hand van allerlei voorbeelden in zijn artikel voor de komst van zo’n museum. Sander Grootendorst had onlangs een gesprek met de transcriptiegroep 1724 die dat jaar volledig aan onderzoek onderwerpt. Zij hopen hiermee het dagelijkse leven in Zutphen in de 18e eeuw goed in beeld te kunnen brengen. Bjorn Storm, net afgestudeerd en inmiddels werkzaam als junior conservator bij Slot Zuylen, verhaalt over het leven van het personeel op huis Verwolde in Laren. Maartje A.B. beschrijft het wel en wee omtrent de lange reizen van afgevaardigden van de Hanzesteden naar de Hanzedagen in het Duitse Lübeck, Menno Tamminga schetst het gevaarlijke leven van de verzetsmensen achter de Zutphense verzetskrant Frontloupe en Wim Knaake geeft een historische terugblik op de gemalen Spaensweert en de Grote Beek nabij Bronkhorst.

Tot slot neemt Mirjam van Velzen-Barendsen ons mee in de wereld van schrijfster Frauck Engelberts, legt Davy Kastelein aan de hand van een kaart uit hoe de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog hun verdedigingslinie hadden ingericht en zorgt Frans Miggelbrink voor de vrolijke noot - in het dialect - met zijn korte uiteenzetting over bijnamen.

 

 

banner

 

Oer 50 (uitgave december 2023

In 2011 fuseerden het Staring Instituut en het Achterhoeks Archief en gingen op in het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers. Met deze fusie gingen ook de twee periodieken Den Schaorpaol en Kwartier ter ziele. Oer, het cultuur-historisch tijdschrift voor Achterhoek en Liemers, werd het nieuwe magazine van het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, het Regionaal Archief Zutphen en het Waterschap Rijn en IJssel. De eerste uitgave verscheen in september 2011.

12,5 jaar later is hier de 50ste, extra dikke, editie. Sander Grootendorst is hiervoor half september afgereisd naar Doetinchem voor een lezing van onder andere Bert Wagendorp over (e)migratie en natuurlijk zijn trilogie over Abel Sikkink die het vertrouwde Winterswijk inruilde voor het verre Amerika. Willem J. Ouweneel schetst een overzichtelijk beeld van de herkomst van onze feestelijke tradities. Davy Kastelein verhaalt over het leven van de middeleeuwse zeerover Splinter Loeff die in Zutphen een gewoon burgerbestaan probeerde op te bouwen. Verderop in het magazine beschrijft Davy de oudste kaart van de Achterhoek en Liemers: de Peutingerkaart. Wim van Heugten beschrijft het ceremoniële dorpsleven in het Liemerse Ooy; Michel Hoenderboom dook in de financiële afwikkeling van een stadsbrand in Lichtenvoorde; Ellen ten Brink doet een bijzondere ontdekking op de expositie over Missettekenaars; Leendert van Prooijen schreef een boeiende bijdrage over de Lochemse schaatsgoeroe Jan Bolt en Sander Grootendorst dook nogmaals in de geschiedenis en huidige activiteiten van het waterschap. Arie Ribbers sluit ons magazine af met een kolderiek verhaal in het dialect over de familie Kolkman.

 

 

 

banner

 

Oer 49 (uitgave oktober 2023)

Willem J. Ouweneel verhaalt over heidense gebruiken die eeuwenlang ‘hartnekkig’ in ere werden gehouden. August den Boef beschrijft Jan Ligtharts indrukken van de Achterhoek en Carol Jan Klok portretteert de bekende schrijver J.F. Oltmans die het laatste deel van zijn leven in Steenderen verbleef. Leendert van Prooije dook in het timmermansboek van Florijn en Slotboom en schets een treffend beeld van de boerderijbouw in en om Olden Eibergen in de 18e eeuw. Archeoloog Davy Kastelein beschrijft de kazematten in Doetinchem en Sander Grootendorst sprak uitgebreid met Louis Lansink van het Waterschap Rijn en IJssel over de rol van de waterwegen in de Achterhoek en Liemers. Sander interviewde daarnaast Theo Rougoor en besprak met hem de voorliefde voor geschiedenis in Doetinchem. Arno Weltjens geeft in zijn artikel een rondleiding langs jugendstilmonumenten in Winterswijk.

Nieuw is de rubriek Onze voorouders waarin Sharon Maandag samen met Ellen ten Brink, beide werkzaam bij ECAL, de levenslopen van Hent Derksen en Hendrik Wennekes beschrijft. De eerste diende als zoeaaf in het Pauselijke leger, de tweede meldde zich als soldaat voor de mobilisatie.

Overigens biedt voor veel liefhebbers van genealogie de rubriek 'Onze voorouders' een uitgelezen kans een artikel over hun voorouders in te dienen, met natuurlijk prachtig beeldmateriaal. Schroom niet en stuur een mail naar info@oermagazine.nl en wie weet staan uw/jouw voorouders in de komende edities van Oer.

 

 

banner

 

Oer 48 (uitgave juli 2023)

Leendert van Prooije schreef een tweede verhaal over de houtvlotterij in Oost-Gelderland, ditmaal specifiek over de rivieren de Berkel en Oude IJssel. Boudewijn Bleekman schreef een prachtig verhaal over koperfabrikant Ton Ketting die uit liefde voor de wielersport een succesvolle ploeg weet neer te zetten. Met als ultieme geluksmoment het goud van ‘zijn’ renner Hennie Kuipers tijdens de Olympische Spelen in München (1972). Willem Ouweneel schetst een beeld van de heksenvervolging in de Achterhoek en Liemers. Carol Jan Klok maakte een portret over Baron van Heeckeren die zich als een van de eerste in deze regio waagde aan de nieuwe techniek van fotografie. August den Boef heeft zich verdiept in de combinatie Jan Ligthart en de Achterhoek, Nico Stronks en Gosse Koolstra schreven een mooi en persoonlijk artikel over kaartenverzamelaar Arie de Zeeuw en Davy Kastelein verhaalt over de Spitholterbrug nabij Almen. Tot slot interviewde Sander Grootendorst Daphne Maas en Godfried Nijs over het nieuwe Nationaal Museum Tachtigjarige Oorlog in hartje Groenlo. Het verhaal van de strijd tijdens deze vrijheidsoorlog in Oost-Nederland staat centraal.

 

 

banner

 

Oer 47 (uitgave maart 2023)

Leendert van Prooije schreef een fraai verhaal over de houtvlotterij in Oost-Gelderland. In deze uitgave het tweede deel over de vaarroutes over de Berkel, De Aa en Oude IJssel. Betty Blikman vervolgt haar verhaal over rusthuis Ons genoegen in Drempt, Wim van Heugten beschrijft enkele volksgebruiken in de Liemers en Wim Ouweneel schetst een beeld van de scholteboeren in de Achterhoek. Joske Meerdink reisde namens Omroep Gelderland vorig jaar zomer af naar Michigan om het verhaal verder uit te spitten. Dit resulteerde in een mooie reeks vlogs én de vondst van de schoorsteen van het schip. Sander Grootendorst interviewde haar over deze bijzonder reis. De rijke geschiedenis van Huis Landfort in Megchelen, de plannen van A.C.W. Staring die resulteerden in het graven van de Veengoot bij Vorden, een fraai portret van onderwijsvernieuwer Gerrit Prop en niet te vergeten een mooi stukje dialect van de hand van Kevin Raayman, de zanger van de Boetners, maken deze editie compleet.

 

 

banner

 

Oer 46 (uitgave december 2022)

In dit nummer komt maquettebouwer Constant Willems aan het woord over zijn onlangs voltooide maquette van Zutphen in 1485. Uitgebreid aandacht is er voor de hondenkarren die lange tijd deel uitmaakten van het vertrouwde straatbeeld in de Achterhoek. Willem J. Ouweneel beschrijft de eeuwenlange traditie van het vergaderen onder imposante bomen. Een fraai portret belicht Christiaan te Winkel ‘De meester met gitaar’ die in de jaren ’70 tevens kortstondig furore maakte als auteur. Betty Blikman beschrijft de bewoningsgeschiedenis van herstellingsoord Ons Genoegen in Drempt. In korte artikelen wordt aandacht besteed aan de Romeinen in de Liemers, aan de Lochemse verdedigingswerken omstreeks 1605 en aan een brug mét monument ter nagedachtenis aan de eerste ijzergieterij van Nederland.

 

 

banner

 

Oer 45 (uitgave oktober 2022)

Oer is sinds dit nummer door een nieuwe uitgever, Achterhoek Uitgevers, in een nieuw jasje gestoken. In dit nummer vertelt amateurhistoricus Theo Willemsen over zijn onderzoek naar de omgeving Voorbroek bij Terborg. Uitgebreide aandacht is er voor het bijzondere dagboek van Eimert Papenborg, kind van een arme boer in Zieuwent in de negentiende eeuw. Verder is er aandacht voor een urnenveld in Drempt en voor de tentoonstelling Als stadsmuren konden spreken in het Stedelijk Museum in Zutphen. De komst van Sinterklaas wordt aangekondigd in een aantal historische foto’s.

Naar boven